GROOT VERSCHIL IN TEMPERATUUR MET EEN JAAR GELEDEN OP 2 OKTOBER!
DE ZON KAN ROND DEZE TIJD NOG RUIM 10 UUR PER DAG SCHIJNEN!
BIJZONDERHEDEN 2 OKTOBER
Voor weer-info klik op onderstaande links:
KNMI WEERPLAZA WEERONLINE KMI-BELGIE WEER.NL WEERNIEUWS-VERWACHTING
Voor begin oktober ligt het gemiddeld minimum rond 7°C, daar zaten 6- van de 34 KNMI-stations in de nacht naar woensdag 2 oktober onder met de laagste temperatuur 3,4°C op het KNMI-station Woensdrecht. In 2023 op 2 oktober kwam geen enkel KNMI-station onder de 10°C uit en de laagste temperatuur was 11,8°C op het KNMI-station Ell.
Voor overdag is het gemiddeld maximum voor begin oktober rond 16°C-17°C en daar zaten op woensdag 2 oktober alle KNMI-stations onder, de hoogste temperatuur was 15,6°C op het KNMI-station Westdorpe. In 2023 op 2 oktober zaten alle KNMI-stations boven de 16°C-17°C met de maximum-temperatuur. In 2023 op 2 oktober de hoogste temperatuur van 26,1°C op het KNMI-station Maastricht en dat werd de hoogste temperatuur van oktober 2023.
Borculo kwam in 2023 op 2 oktober tot 23,2°C en daarmee de op één na hoogste temperatuur voor 2 oktober. Alleen in 2011 was het warmer op 2 oktober met 24,4°C. Nu in 2024 op woensdag 2 oktober lag Borculo met 12,3°C bijna 11°C lager dan in 2023 op 2 oktober met de maximum-temperatuur toen van 23,2°C.
Dan te bedenken dat de 12,3°C in Borculo werd bereikt in de nachtelijke uren, overdag was de hoogste temperatuur nog lager met 11,3°C en daarmee een verschil met 2023 op 2 oktober overdag bijna 12°C.
De dagen worden al merkbaar korter en daarmee vanzelfsprekend minder ruimte voor de zon. Maar vergeet niet dat de zon rond deze tijd nog wel ruim 10 uur per dag kan schijnen. Momenteel voor de eerste oktoberdagen zit dat er niet in, de laatste dag met ruim 10 uur zon had Borculo op 22 september met 11 uur zon, in 2023 over dezelfde periode was dat op 24 september met 11,9 uur zon. In 2015 rond deze tijd lukte dat veel beter!
Begin oktober 2015 hadden we vriendelijk en aangenaam weer. In 2015 op 2 oktober voor Borculo de vierde dag op rij met meer dan 10 uur zon en dat was in Borculo sinds eind augustus daarvoor niet meer voorgekomen. De laatste keer een periode van vier dagen met meer dan 10 uur zon had Borculo dit jaar eind juni met zeven dagen op rij. Over dezelfde periode in 2023 was dat voor begin september met in Borculo zelfs acht dagen op rij met meer dan 10 uur zon. In 2022 moesten we terug tot begin augustus met acht dagen op rij meer dan 10 uur zon, in 2021 terug naar half juni voor vijf dagen op rij, in 2020 tot midden september met vijf dagen op rij, in 2019 tot eind augustus met zeven dagen op rij en in 2018 tot begin augustus met vijf dagen op rij met meer dan 10 uur zon. Maar ook in oktober is dat nog wel mogelijk! Zo had Borculo in de oktobermaanden van 2005, 2003, 2002 en 1999 nog een periode van vier dagen op rij met meer dan 10 uur zon.
Onderstaande foto maakte Leen de Koning van merels op het dak. De volksweerkunde kent nog wel een spreuk over de merel en die luidt: “Zingen de merels de hele dag, snel volgt er een regendag”!
– In 2019 in de nacht naar 2 oktober veel neerslag op het KNMI-station Twente 33,3 millimeter en in Borculo viel 22,2 millimeter en over het hele etmaal 24 millimeter. Oktober 2019 begon op veel plaatsen kletsnat. Zo viel 1 oktober 2019 in De Lutte in Twente al 51 millimeter aan neerslag en in Overveen op 2 oktober 67 millimeter, dat is normaal gesproken al meer dan de helft van wat er valt in de hele maand. In Overveen viel in de eerste oktober-decade van 2019 140 millimeter. In Anjum in het noorden nabij Lauwersoog stond de neerslagteller al bijna op 100 millimeter over de eerste twee oktober-dagen, daarentegen in het Brabantse Deurne nog geen vijf millimeter. In Borculo stond de neerslagteller na twee oktober-dagen op 32 millimeter.
– Enkele bijzondere wapenfeiten voor 2 oktober zijn: Op 2 oktober 1908 werd op het opgeheven KNMI-station Winterswijk een maximum-temperatuur gemeten van 26,5°C. Op 2 oktober 1998 op het KNMI-station De Bilt het dagrecord voor de laagste maximum-temperatuur en wel met 7,8°C. En op 2 oktober 1996 was er een wolkbreuk in Den Haag die het station Hollands Spoor blank zette.
Onderstaande foto maakte Peter de Vries, paddenstoelen zijn er in allerlei vormen.
WARME DAGEN
Dit jaar 2024 had Borculo t/m woensdag 2 oktober de laatste warme dag op 26 september met 20,1°C. In 2023 op 2 oktober in Borculo met 23,2°C nog een warme dag en de laatste warme dag in 2023 was op 13 oktober met 22,2°C. In 2022 op 30 oktober de laatste warme dag in Borculo met 20,6°C, in 2021 was dat op 27 september met 20,9°C, in 2020 op 23 september de laatste warme dag van het jaar met 23,5°C. Maar gemiddeld telt oktober in Borculo ook nog wel twee warme dagen. In oktober 2022 in Borculo nog vijf warme dagen, in de oktobermaanden van 2020 en 2021 geen warme dag, in oktober 2019 in Borculo twee warme dagen, in oktober 2018 zelfs nog 10 warme dagen in Borculo met de laatste warme dag op 17 oktober. Alleen oktober 2005 had meer warme dagen met 12 warme dagen. Oktober 2017 had in Borculo vier warme dagen en daarvoor oktober 2014 vijf warme dagen. De tussenliggende oktobermaanden van 2015 en 2016 geen warme dagen in Borculo en voor 2014 zes jaren op rij met in oktober warme dagen. In oktober 2017 op 19 oktober de laatste warme dag en in oktober 2006 op 22 oktober in Borculo nog een warme dag met 22,2°C.
De herfst staat inmiddels in Borculo op 19 warme dagen, over dezelfde periode in de herfst van 2023 27 warme dagen, in de herfst van 2022 14 warme dagen, in de herfst van 2021 22 warme dagen, in de herfst van 2020 17 warme dagen, in de herfst van 2019 10 warme dagen, in de herfst van 2018 19 warme dagen, in de herfst van 2017 negen warme dagen en in de herfst van 2016 over dezelfde periode 27 warme dagen.
Normaal voor de herfst is in Borculo 12 warme dagen. De herfst van 2006 is voor Borculo koploper met 31 warme dagen gevolgd door de herfst van 2023 met 30 warme dagen en daarna volgen de herfstperioden van 2018 en 2005 met 29 warme dagen. De herfst van 2016 en 2014 hebben respectievelijk met 27- en 26 warme dagen het hoogste aantal warme dagen sinds de herfst van 2006 met 31 warme dagen. De herfst van 2022 kwam in Borculo tot 19 warme dagen.
De herfst van 2015 had vier warme dagen t/m 2 oktober en over de hele herfstperiode bleef het bij vier warme dagen. Dan te bedenken dat de herfst van 1996 maar twee warme dagen telde in Borculo.
MAÏSOOGST
Op onderstaande foto de maïsoogst in de omgeving van Borculo, deze is nog in volle gang. In 2022 was het met de droogte niet zo erg als in 2018 en 2019, wel had op diverse landerijen de maïs wel degelijk wat geleden van de droogte in 2022. In 2023 en 2024 was droogte niet een probleem.
Opmerkelijk in de hete zomer van 2006 was dat door de droogte en hitte in de laatste volle week van juli in de regio Aalten al maïs gehakseld werd omdat deze ook totaal was uitgedroogd. Door de hitte eind juli 2006 moesten ook op diverse plaatsen asfaltwegen worden gekoeld met water en dan m.n. op rotondes, kruispunten en afslagen waar veel zwaar vrachtverkeer rijdt. Dit om te voorkomen dat vrachtwagens het asfalt beschadigen. Door het hete weer liep de temperatuur van het wegdek op diverse plaatsen op tot zo’n 60°C!
In 2012 had de maïs een goede zomer achter de rug, de eerste maïs was al gehakseld in de omgeving Lichtenvoorde eind augustus. Dit is wel erg vroeg, maar komt wel vaker voor. Op 31 augustus 1995 ook een vroege maïsoogst op diverse plaatsen in het oosten van het land. Vroeg is normaal voor de maïsoogst de derde week van september, laat is begin tot half oktober. Ook in de zomer van 2003 kon men op diverse plaatsen op 25 augustus de maïs al oogsten.
EEN DUIK IN HET VERLEDEN
In de nacht naar 2 oktober 2016 viel 23 millimeter op het KNMI-station Den Helder.
In de nacht naar 2 oktober 2015 vrij helder met in de noordelijke helft van het land mist tot zeer dichte mist, deze ging later in de nacht en ochtend regionaal ook over in laaghangende bewolking. Lokaal was het zicht nog geen 50 meter. Daarentegen in de zuidelijke helft van het land meest nevelig met mistbanken en daar ook de laagste temperaturen. In de nacht naar 2 oktober 2015 de laagste temperatuur van 1°C op het KNMI-station Ell. Aan de grond de laagste temperatuur op het KNMI-station Twente met -3,3°C. In Borculo daalde de temperatuur tot 2,4°C in de weerhut en aan de grond 1,3°C. Voor Borculo was het daarmee de koudste 2 oktober sinds 1981, het oude record voor de minimum-temperatuur was 3°C op 2 oktober 1988.
Opvallend veel regen tijdens het weekeinde van 1- en 2 oktober 2016! In Castricum viel 60 millimeter, in Roelofarendsveen 44 millimeter, in Den Burg op Texel totaal 30 millimeter. Op 2 oktober 2016 in Volendam, Purmerend en Zuiderwoude 22 millimeter.
Op 2 oktober 2011 op het KNMI-station Westdorpe met 27,1°C de hoogste temperatuur van oktober 2011.
In 2005 vanaf 2 oktober een zeer droge periode, in Borculo van 2- t/m 18 oktober 2005 nog geen één millimeter neerslag en daarmee was het de droogste periode sinds 2003.
In 1982 op 2 oktober op het KNMI-station Eindhoven 20,4°C als maximum-temperatuur en in Kapellebrug 20,8°C.
De laagste temperatuur voor het KNMI-station De Bilt voor 2 oktober is 1,6°C en dat was in 1957.
Op 2 oktober 1952 viel in Ouddorp 52 millimeter neerslag.
In 1950 op 2 oktober een ochtendaftapping over 24 uur in Scheveningen 18 millimeter.
In 1941 op 2 oktober op het KNMI-station De Bilt met 2,2°C de laagste temperatuur van oktober 1941 van de KNMI-stations.
In 1921 daalde de temperatuur op het opgeheven KNMI-station Winterswijk tot 1,5°C en overdag liep de temperatuur nog op tot 24,3°C. Een forse temperatuurgang voor de tijd van het jaar, oftewel een forse amplitude.
Op 2 oktober 1917 nog een warme dag op het KNMI-station De Bilt met 23,8°C en op het KNMI-station Den Helder met 20,4°C. Door de homogenisatie van data door het KNMI is de temperatuur van 23,8°C sinds 2016 aangepast tot 22,8°C en de 20,4°C tot 20,3°C.
Onderstaande foto maakte Gerard Kiewiet uit Zuidhorn op 2 oktober 2014, daar was aan sommige bomen wel duidelijk te zien dat de herfst zijn intrede had gedaan, ze werden al behoorlijk kaal.
STIJGENDE ZEESPIEGEL NOORDZEE
Door klimaatveranderingen stijgt de zeespiegel en neemt de kracht van de golven toe. Dit heeft gevolgen voor de kustveiligheid in de toekomst. Om er voor te zorgen dat de Hollandse kust ook in de verdere toekomst voldoende veiligheid kan bieden tegen het zeewater, is men op diverse plaatsen bezig met versterking van de dijken en ook de duinen. De waterkering bestaat vaak uit een met asfalt beklede dijk die gedeeltelijk met zand is afgedekt. Om de veiligheid voor de komende jaren te waarborgen wordt er van tijd tot tijd voldoende zand opgespoten. Om een voorbeeld te noemen nemen we de boulevard van Scheveningen die is versterkt. Zo is het strand daar 40 tot 70 meter breder gemaakt en in totaal is daar 2,6 miljoen kubieke meter zand opgespoten.
“De zee geeft en neemt” is een oud gezegde, zo geeft de zee ook vaak mooie avonden met de ondergaande zon.
Onlangs is men ook begonnen met een proefproject om zeegras weer in te zetten voor de bescherming tegen het wassende zeewater. Zeegras werd in de vorige eeuw veelvuldig gebruikt, o.a. in het Waddengebied en ook in de toenmalige Zuiderzee dat nu IJsselmeer heet. Mede door de bouw van de Afsluitdijk is het zeegras hier verdwenen. Zeegras breekt de stroming van het zeewater en bevordert de afzetting van zand en gesteente. Men is dan ook van mening dat zeegrasvelden voor de naaste toekomst onmisbaar zijn voor de bescherming tegen het wassende water als gevolg van de opwarming van de aarde.
Velden met zeegras treffen we nu nog wel aan in het gebied van de Eems en het Duitse en Deense deel van de Waddenzee. Zeegras is niet alleen functioneel voor de bescherming tegen het wassende zeewater, maar het is ook belangrijk voor verschillende vissoorten en schaaldieren.
Niet alleen dijken vragen hun aandacht, ook de duinen vragen hun aandacht. Jaarlijks spoelt er veel zand de zee in. De duinen geven een mooi landschap maar ook de duinen zijn kwetsbaar.
Hieronder een foto van de duinen bij Julianadorp in Noord-Holland.
Jaarlijks is men op diverse plaatsen druk bezig met het opspuiten van de stranden met zand. Tijdens een strandwandeling langs de Noord-Hollandse kust zie je de grote buizen dan op het strand liggen die gebruikt worden om het strand op te hogen met “blubber” uit de zee. De toegepaste techniek hier heet zandsuppletie, deze techniek is simpel en zeer doeltreffend. Zand wordt door daartoe ingerichte schepen uit zee opgezogen op plaatsen waar het zo weinig mogelijk schade aanricht. Het wordt naar de kust getransporteerd en dan op het strand of wat verder landinwaarts gespoten door grote buizen. Dankzij water, wind en plantengroei kunnen uit het opgespoten zand nieuwe duinen ontstaan. De techniek is veelal goedkoper dan het aanleggen van harde zeeweringen als strekdammen, ondanks het feit dat deze techniek van suppletie met een zekere regelmaat herhaald moeten worden.
Zandsuppletie wordt sinds enkele tientallen jaren toegepast. In 1991 werd op zeven plaatsen langs de Nederlandse stranden acht miljoen kubieke meter zand opgespoten.
Hieronder een foto waar de stranden worden opgespoten, door de buizen stroomt het opgespoten “zeeblubber”.
Als we helemaal niets doen en het water vrij spel geven in de toekomst dan ligt Amersfoort aan zee bij een zeespiegelstijging van vijf meter. Voor het uiterste oosten van het land zitten we voorlopig nog wel veilig, het waterpeil van de Noordzee kan nog 14 meter stijgen, dan nog houden o.a. de Achterhoek en Twente het droog.