KOUDEPUNTEN EN DRUIVEN IN DE VORST!
GEEN KLAGEN BIJ IJSVERENIGINGEN IN DE WINTER VAN 2024!
BIJZONDERHEDEN 21 JANUARI:
Voor weer-info klik op onderstaande links:
KNMI WEERPLAZA WEERONLINE KMI-BELGIE WEER.NL WEERNIEUWS-VERWACHTING
Voor extremen etmaal KNMI-stations klik op één van onderstaande links:
temp/neerslag dag/nacht temp/neerslag/wind uren zon
Dinsdag 21 januari nog vier KNMI-stations met een ijsdag en dat waren Deelen, Gilze-Rijen, Hupsel en Twente met de laagste maximum-temperatuur op het KNMI-station Gilze-Rijen met -0,4°C. Borculo kwam dinsdag 21 januari weer boven het vriespunt uit met +0,2°C.
Tot lichte vorst kwam het tot 18 uur nagenoeg in het hele land m.u.v. het noordwesten van het land. Het KNMI-station Maastricht kon tot 18 uur “scoren” met drie waarnemingen en wel de laagste temperatuur met -2,7°C en daar aan de grond ook de laagste temperatuur met -2,4°C en met de meeste zonuren met 4,4 uur. Het KNMI-station Vlieland had met 6,7°C de hoogste temperatuur.
Na 18 uur dinsdagavond werden pas de laagste temperaturen bereikt van het etmaal van dinsdag en wel met -3,3°C op het KNMI-station Volkel en aan de grond -4,8°C op de KNMI-stations Gilze-Rijen en Volkel. Uiteindelijk waren de KNMI-stations Terschelling en Vlieland de enige die geen vorst hadden op waarnemingshoogte met 0,5°C als hoogste minimum-temperatuur op het KNMI-station Vlieland.
In 2024 op 21 januari in de nachtelijke uren alleen op het KNMI-station Ell matige vorst met -5,8°C als landelijk de laagste temperatuur en -6,6°C op klomphoogte aan de grond. In de nachtelijke uren tot middernacht in de kustgebieden op de KNMI-stations Vlissingen en Wijk aan Zee nog net lichte vorst, na middernacht in de kustgebieden geen vorst op waarnemingshoogte en ook niet op klomphoogte.
De nacht naar 21 januari 2024 verliep nog droog, overdag de passage van een warmtefront met wat lichte neerslag. De neerslag viel met name in de ochtend op een bevroren ondergrond met als gevolg lokaal gladheid door ijzelvorming en bevriezing van natte weggedeelten.
Temperaturen liepen op 21 januari 2024 overdag langzaam op met de hoogste temperaturen pas later op de avond. Tot 19 uur de hoogste temperaturen van 7,7°C en 7,2°C op respectievelijk de KNMI-stations Vlieland en Wijk aan Zee. Maar de KNMI-stations Nieuw Beerta en Stavoren kwamen nog niet hoger dan 3,9°C. Borculo kwam tot 19 uur tot 5°C en daarmee toen al de hoogste temperatuur sinds 6 januari toen het 5,5°C werd. Maar de hoogste temperatuur voor het etmaal werd pas bereikt later op de avond met 7,2°C in Borculo en daarmee de hoogste temperatuur sinds 5 januari toen het 8,4°C werd. Op de KNMI-stations de hoogste temperaturen ook later op de avond met 10,4°C en 10,2°C op respectievelijk de KNMI-stations Wijk aan Zee en Westdorpe.
De zachte lucht werd aangevoerd door de depressie Isha, de wind bereikte al windkracht acht stormachtig overdag in het kustgebied met windstoten tot 84 kilometer per uur op o.a. het KNMI-station Vlieland. In de avond de hoogste windstoot van 103 kilometer per uur op de KNMI-stations Den Helder en Vlieland met windkracht negen stormkracht.
Met het instromen van de zachte lucht op 21 januari was er ook een eind gekomen aan schaatsplezier op veel plaatsen. Diverse ijsverenigingen waren tot dusver ook zeer tevreden over het schaatseizoen. Zo ging de Borculose ijsbaan in de winter van 2024 voor het eerst open voor publiek op 11 januari en 21 januari kon men in de ochtend ook nog net op de schaats. Daarmee was de Borculose ijsbaan tot dan al op zes dagen open geweest voor publiek, op 21 januari was zelfs de vierde dag op rij.
Onderstaande foto maakte Peter de Vries, dat ging er wel in op 21 januari 2024. Ondanks dat de temperaturen overdag opliepen maakte de wind het wel zeer koud voor het gevoel.
In 2023 op 21 januari een bijzonder etmaal voor Nederland! Als eerste werd met -6,7°C op het KNMI-station Maastricht als landelijk de laagste temperatuur op 21 januari ook de laagste temperatuur van januari 2023. In januari 2024 waren we al veel lager uitgekomen met tot 21 januari -10,4°C op het KNMI-station Ell op 18 januari. Nu in januari 2025 is de laagste temperatuur nog -6,5°C van 14 januari op het KNMI-station Maastricht.
Meer bijzonder in 2023 op 21 januari was dat het KNMI-station De Bilt voor het eerst in meer dan een maand een volledig droge dag kon noteren. Van 18 december 2022 t/m 20 januari 2023 viel iedere dag meetbare neerslag op het KNMI-station De Bilt, een periode van 34 dagen op rij. Voor het KNMI-station De Bilt kwam alleen in 1966 nog tot een langere reeks droge dagen op rij met van 8 november t/m 25 december 1966 niet meer dan minimaal 0,1 mm aan per dag, een periode van 48 dagen. Tot 2023 stond 1954 op een tweede plek met 33 neerslagdagen op rij. In 1946 noteerde het KNMI-station De Bilt van 28 januari t/m 27 februari 31 droge dagen op rij. De langste reeks neerslagdagen op rij deze eeuw was voor het KNMI-station De Bilt 19 dagen en dat werd bereikt in 2017, 2019 en 2020.
Vergelijken we dat met Borculo dan komen we in de winter van 2023 tot de langste reeks neerslagdagen op rij van 30 dagen en wel van 19 december t/m 17 januari. De langste periode in Borculo met elke dag neerslag had Borculo in de winter van 1994 met 38 etmalen op rij, van 2 december t/m 8 januari.
In 2019 op 21 januari voor Borculo met -9,4°C de koudste nacht voor 21 januari, het oude record was -7,5°C van 21 januari 1992. Wat een verschil met 21 januari 2002 met 8,2°C als minimum en dan praat je wel over een verschil van bijna 18°C. De -9,4°C op 21 januari 2019 werd voor Borculo ook de laagste temperatuur van de winter van 2019. Het KNMI-station Deelen bereikte met -10,2°C op 21 januari 2019 landelijk de laagste temperatuur van de winter van 2019, wel samen met 24 januari toen het ook -10,2°C werd op het KNMI-station Hoogeveen.
Onderstaande foto maakte Peter de Vries. In de bossen kom je gewoonlijk al veel mos tegen, maar zeker in de wintertijd ook elders door het vochtige en sombere weer een prima klimaat voor de mossen.
In 2023 in het etmaal van 21 januari in de nacht de laagste minimum-temperaturen van -5,9°C en -5,3°C op respectievelijk de KNMI-stations Eelde en Maastricht. De hoogste minimum-temperaturen van 0,1°C op het KNMI-station Vlissingen en -0,5°C op de KNMI-stations Lauwersoog en Westdorpe. Aan de grond in de nacht naar 21 januari 2023 de laagste temperaturen van -7,9°C en -7,7°C op respectievelijk de KNMI-stations Eindhoven en Eelde.
In de ochtend van 21 januari 2023 daalde de temperatuur nog naar -6,7°C op het KNMI-station Maastricht en -8,1°C aan de grond. Verder was de hoogste minimum-temperatuur niet meer op het KNMI-station Vlissingen maar op het KNMI-station Wilhelminadorp met +0,1°C. Het KNMI-station Vlissingen had na 7 uur nog vorst met -0,3°C. De -6,7°C op het KNMI-station Maastricht werd de laagste temperatuur van januari 2023.
Overdag op 21 januari 2023 de hoogste maximum-temperaturen van 5,2°C en 4,7°C op respectievelijk de KNMI-stations Vlieland en Terschelling. De laagste maximum-temperaturen van -0,4°C op het KNMI-station Marknesse en -0,3°C op de KNMI-stations Cabauw en Lelystad en daarmee een ijsdag, de eerste ijsdagen van januari 2023.
De meeste neerslag vanaf middernacht tot in de avond 19 uur viel op de KNMI-stations Terschelling en Lauwersoog met respectievelijk 0,6- en 0,5 millimeter en dat viel in de nachtelijke uren. Overdag op de KNMI-stations geen neerslag.
De meeste zon voor het zuidwesten van het land tot rond 7 uur, daarentegen zonloos in het noorden van Limburg. De wind bereikte windkracht 4 matig in de kustgebieden, op het IJsselmeer en in het zuiden van het land.
Borculo kwam op 21 januari 2023 met de maximum-temperatuur van 2,6°C en de minimum-temperatuur van -2,9°C uit op een etmaalgemiddelde van -0,2°C en daarmee de eerste koudepunten van januari 2023. Zoals bekend is worden koudepunten behaald als het etmaalgemiddelde negatief is en daarbij wordt het minteken weggelaten.
– In 2022 in de nacht naar 21 januari de laagste temperaturen van -2,0°C en -1,9°C op respectievelijk de KNMI-stations Gilze-Rijen en Herwijnen.
– In 2021 op 21 januari werd het behoorlijk onstuimig. De wind schoot op het KNMI-zeestation IJmuiden uit tot een hoogste windstoot van 127 kilometer per uur, maar op op het IJsselmeer op de Houtribdijk ook nog 122 kilometer per uur. In het binnenland op het KNMI-station Ell nog tot 95 kilometer per uur en op de KNMI-stations Hupsel en Twente bijna 90 kilometer per uur. De reguliere wind bereikte aan de kust windkracht 9 en dat is storm. In het oosten van Twente en het oosten van Groningen windkracht 8 en dat is stormachtig.
– Op 21 januari 2019 landelijk de tweede nacht op rij met strenge vorst op een KNMI-station, op 21 januari 2019 met -10,2°C op het KNMI-station Deelen.
Op onderstaande foto zonnepanelen, deze hebben deze winter tot nu toe zware dagen. Het aantal uren zon deze winter tot nu toe is in Borculo 52 uur, over dezelfde periode in 2024 65 uur, in de winter van 2023 84 uur, in de winter van 2022 70 uur, in de winter van 2021 over dezelfde periode 48 uur. Daarvan deze maand in Borculo t/m dinsdag 21 januari 31 uur, over dezelfde periode in januari 2024 46 uur, in januari 2023 37 uur, in januari 2022 21 uur, in januari 2021 16 uur en in januari 2020 28 uur. Normaal voor de hele maand januari is rond 54 uur zon voor Borculo. Het laatste jaar dat dit werd gehaald was in 2024 met 80 uur zon in Borculo.
MATIGE VORST
De minimum temperatuur in de nacht naar 21 januari 2020 van -5,4°C op het KNMI-station Maastricht werd na 7 uur bereikt, tot 7 uur was het laagste minimum -4,6°C. De -5,4°C werd de laagste temperatuur van de winter van 2020, dat was nog -4,1°C op het KNMI-station Twente op 1 december en op 28 december op de KNMI-stations Heino en Twente. Verder was het de enige matige vorst van de winter van 2020 en dat is zeer weinig en als eerste matige vorst ook vrij laat. De laatste keer dat het tot matige vorst kwam in Nederland daarvoor was 31 januari 2019 met -9,0°C op het KNMI-station Nieuw Beerta. In de nacht naar 21 januari 2020 in de kustgebieden en het noorden van het land geen vorst op waarnemingshoogte en alleen op de KNMI-stations Den Helder, Hoogeveen en Voorschoten nog wel grondvorst met de laagste waarde van -0,3°C op het KNMI-station Voorschoten.
Het KNMI-station Ell kwam in 2020 op 21 januari met een maximum van -0,1°C tot de enige ijsdag van de winter van 2020 van alle KNMI-stations. Dit maximum kwam tot stand door de hardnekkige mist overdag.
Op het KNMI-station De Bilt op 21 januari 2020 met -1,4°C bij lange na geen matige vorst. De laatste keer dat het tot matige vorst kwam op het KNMI-station De Bilt voor 2020 was op 21 januari 2019 en de eerstvolgende matige vorst daarna was pas op 30 januari 2021 en daarmee een periode van 740 etmalen met geen enkel etmaal met matige vorst op het KNMI-station De Bilt. Nooit eerder was deze periode zonder officiële matige vorst zo lang op het KNMI-station De Bilt. Het vorige record was 662 dagen en begon op 1 april 2013 en duurde t/m 22 januari 2015.
De winter van 2014 was de enige winter sinds 1901 zonder matige vorst. Daarna gebeurde het in 2020 nog een keer.
KOUDEPUNTEN
Koudepunten behalen rond deze tijd was in 2020, 2021 en 2022 niet aan de orde, dat was in 2019 rond deze tijd juist wel volop aan de gang. In januari 2023 lukte dat nog net op 21 januari met 0,2 koudepunten. Ook nu in januari 2025 gaat het nog moeizaam met de koudepunten, t/m dinsdag 21 januari 7 koudepunten. In 2018 was 21 januari de laatste koudere dag, want daarna kwamen we in hele zachte lucht terecht en temperaturen in de dubbele cijfers kwamen binnen bereik en konden we eind januari de koudepunten wel vergeten. Dat was in 2019 wel anders, toen rond deze tijd het tegenovergestelde in het teken van koudepunten.
Zoals bekend is worden koudepunten behaald als het etmaalgemiddelde negatief is en daarbij wordt het minteken weggelaten. In januari 2018 werden o.a. in Borculo begin en rond het midden van januari in enkele etmalen koudepunten behaald, het laatste etmaal met koude punten was 21 januari. In januari 2019 in de etmalen van 19- t/m 25 januari en het laatste etmaal van januari in Borculo koudepunten. In januari 2020 in Borculo alleen in het eerste etmaal van januari net 0,6 koudepunt. Januari 2021 had in Borculo alleen op 14- , 30- en 31-januari koudepunten met totaal 3,8 koudepunten. Januari 2022 telde 0,3 koudepunt en dat werd binnen gehaald op 10- en 11 januari. Januari 2023 kwam totaal tot één koudepunt en dat werd bereikt in de etmalen van 21-, 22- en 25 januari. In januari 2024 had Borculo koudepunten in de etmalen van 7- t/m 11 januari en op 18- en 20 januari, totaal 18 koudepunten.
Kijken we nu naar het koudegetal van deze winter dan staat de teller in Borculo t/m dinsdag 21 januari op 7 koudepunten, over dezelfde periode in de winter van 2024 21 koudepunten, in de winter van 2023 30 koudepunten, in de winter van 2022 8,3 koudepunten, in de winter van 2021 twee koudepunten, in de winter van 2020 2,4 koudepunten, in de winter van 2019 9 koudepunten en in de winter van 2018 slechts 2,5 koudepunten.
De winter van 2018 had in Borculo nog maar twee etmalen met koudepunten t/m 21 januari en daarvan nog geen enkel etmaal in januari. In de winter van 2019 t/m 21 januari vijf etmalen met koudepunten en daarvan in januari drie, in de winter van 2020 t/m 21 januari vijf etmalen met koudepunten en daarvan één in januari, in de winter van 2021 t/m 21 januari twee etmalen met koudepunten en daarvan één in januari, in de winter van 2022 t/m 21 januari in zeven etmalen met koudepunten en daarvan twee in januari. In de winter van 2023 t/m 21 januari in elf etmalen koudepunten en daarvan tien etmalen in december en twee in januari. In de winter van 2024 t/m 21 januari in tien etmalen koudepunten en daarvan twee in december en acht in januari. Nu in de winter van 2025 koudepunten in zeven etmaalen, daarvan één in december en zes in januari.
In 2017 op 21 januari voor Borculo al weer het tiende etmaal van januari 2017 met koudepunten en zelfs het zevende etmaal op rij met koudepunten en dat was toen de langste periode sinds januari 2013 die tot 14 etmalen op rij kwam met koudepunten. Het is niet vanzelfsprekend dat er elke winter koudepunten worden behaald. De winter van 2014 behaalde geen enkele koudepunt, dat was in Borculo nog nooit eerder voorgekomen sinds 1981. De winter van 2017 stond in Borculo t/m 21 januari op 37 koudepunten en over de hele winterperiode 48 koudepunten.
Onderstaande foto maakte Johan Effing uit Losser 21 januari 2017, zijn tuin was toen nog aardig bedekt met sneeuw.
De winter van 2015 deed het al beter dan de winter van 2014, t/m 21 januari in Borculo in de winter van 2015 4,6 koudepunten. In de winter van 2015 in Borculo t/m 21 januari drie etmalen met koudepunten en die werden behaald in december, totaal kwam de winter van 2015 tot tien koudepunten. De winter van 2016 stond t/m 21 januari op 12,3 koudepunten en die werden behaald in januari, het totaal voor de winter liep op tot 14 koudepunten.
De winter van 2010 is met 117 koudepunten de winter met het hoogste aantal koudepunten sinds de winter van 1997 die tot 158 koudepunten kwam. Tot en met 21 januari had de winter van 2010 27 etmalen met koudepunten en daarvan 14 in januari. Koploper voor Borculo is de winter van 1985 met 201 koudepunten, gevolgd door de winter van 1996 met 185 koudepunten en dan volgt de winter van 1997.
In 2011 was het etmaalgemiddelde van 21 januari -0,3°C en dat betekende 0,3 koudepunten. Het was voor Borculo het derde etmaal van januari 2011 met koudepunten en het 29e etmaal van die winter met koudepunten. De winter van 2011 stond in Borculo t/m 21 januari op 103 koudepunten en over de hele winterperiode 114 koudepunten. In de winter van 2012 t/m 21 januari in Borculo slechts twee etmalen met koudepunten en die werden wel behaald in januari, t/m 21 januari stond de winter nog maar op 2,2 koudepunten. Totaal kwam de winter van 2012 uit op 86 koudepunten. In januari 2013 t/m 21 januari negen etmalen met koudepunten en de winter van 2013 telde totaal 14 etmalen met koudepunten. In de winter van 2013 stond de teller op 40 koudepunten t/m 21 januari en voor de hele winterperiode 69 koudepunten.
EEN DUIK IN HET VERLEDEN
In 2018 in de nacht naar 21 januari de laagste temperatuur van -1,7°C op het KNMI-station Deelen en aan de grond -4,6°C. De KNMI-stations Hupsel en Twente hadden op waarnemingshoogte -0,2°C en aan de grond respectievelijk -1,4°C en -1°C. In Borculo daalde de temperatuur tot -0,5°C op waarnemingshoogte en aan de grond tot -1,7°C.
Onderstaande foto maakte Johan Effing uit Losser op 21 januari 2018, het deed al een beetje aan het voorjaar denken.
In 2017 in de nacht naar 21 januari de laagste temperatuur van -4,8°C op het KNMI-station Maastricht, aan de grond de laagste temperatuur op het KNMI-station Hupsel met -8,3°C. In Borculo daalde de temperatuur tot -4,7°C in de weerhut en aan de grond -6,4°C. Onderstaande satellietfoto is van 21 januari 2017, het sneeuwdek boven het oosten van het land nog goed zichtbaar.
In 2017 rond deze tijd in Alaska bitterkoud met temperaturen tot bijna -52°C!
In de nacht naar 21 januari 2015 de laagste temperatuur van -2,9°C op het KNMI-station Arcen. Aan de grond op het KNMI-station Eelde de laagste temperatuur met -5,3°C. In Borculo daalde de temperatuur tot -1,9°C in de weerhut en aan de grond -2,6°C. De KNMI-stations Vlieland, Vlissingen en Terschelling waren de enige KNMI-stations die geen vorst hadden in de weerhut in de nacht naar 21 januari 2015. Aan de grond hadden de KNMI-stations Vlieland en Vlissingen ook geen grondvorst.
Onderstaande foto maakte Johan Effing uit Losser op de ochtend van 21 januari 2015 van de opkomende zon aldaar.
In 2007 op 21 januari in de kustgebieden stormkracht 9 met op het KNMI-station Hoek van Holland een windstoot van 115 kilometer per uur. Het KNMI-station Hupsel had een windstoot van 83 kilometer per uur.
In 2004 op 21 januari vloog er boven de ondergelopen uiterwaarden van de Rijn bij Arnhem een grote zwerm kieviten, het waren er meer dan 200. Eind november waren ze vertrokken uit de uiterwaarden en op 21 januari waren ze al weer terug.
Op onderstaande foto kieviten, deze waren in 2004 heel vroeg terug van overwinteren.
In 1992 van 21 t/m 25 januari een compleet onverwachte scherpe kou-inval in Nederland met op veel plaatsen ijsdagen. Dit was best opmerkelijk voor de zachte maand januari 1992 en de winter stelde ook niet veel voor.
In 1987 op 21 januari op het KNMI-station Maastricht de laatste ijsdag van een serie van 15 ijsdagen op rij.
In 1981 op 21 januari op het vliegveld van Málaga 26,8ºC.
Op 21 januari 1955 grote temperatuurverschillen in Nederland, op het KNMI-station Beek (nu Maastricht) werd het 10,7°C tegen slechts 1,3°C op het KNMI-station Eelde.
In 1942 in de nacht naar 21 januari voor het KNMI-station De Bilt de koudste nacht voor 21 januari sinds 1901 met -16,6°C. Ook voor overdag met een maximum van -10,2°C het laagste maximum voor 21 januari voor De Bilt sinds 1901. En als derde datumrecord het etmaalgemiddelde voor 21 januari met -13,9°C. Door de homogenisatie van data door het KNMI zij deze temperaturen sinds 2016 herleid, het minimum van -16,6°C tot -16,5°C, het maximum van -10,2°C tot -10,4°C en het etmaalgemiddelde van -13,9°C tot -14°C.
In 1919 op 21 januari een zonloze dag op het KNMI-station Groningen en een maximum van -1°C. Het was de eerste ijsdag van de winter van 1919. Het koudegetal van de winter van 1919 was 70,1 en werd in zijn geheel bereikt in de periode 21 januari t/m 16 februari.
In 1906 op 21 januari het etmaal na de storm van de nacht van 19- op 20 november stortte het Rijkslandbouwproefstation in. In Maastricht viel nog wat sneeuw.
Op 21 januari 1850 op het toenmalige meetveld van het hoofdkantoor van het KNMI in Utrecht een minimum-temperatuur van -21°C.
DRUIVEN IN DE VORST
Onderstaande foto is van het Duitse Glottertal, daar is men druk met het plukken van de druiven! Nu zult U misschien denken, druiven plukken in de winter? Jazeker, deze druiven worden nu geplukt nu het vriest en het zijn druiven voor ijswijn.
Dat de druiven nu worden geplukt heeft te maken met de speciale smaak van deze wijn die wordt verkregen als het vriest tot -8°C. In bevroren toestand worden deze druiven geplukt en direct daarna geperst. Het is niet zo eenvoudig om ijswijn te fabriceren, de weersomstandigheden moeten echt meewerken. Zo is het foute boel als het na een vorstperiode warmer wordt tot boven het vriespunt. Ook het gevaar van vogels ligt op de loer als deze de druiven opeten. IJswijn is ook duurder dan de “gewone” wijn omdat het veel risicovoller is om het goed te oogsten.
IJswijn is voor langere tijd een Duits geheim geweest. De anekdote over het ontstaan van deze bijzondere soort wijn gaat dan ook als volgt: In de achttiende eeuw liet een Duitse wijnboer zijn wijngaard onbeheerd achter en ging op zakenreis. De winter viel vroeg in en bij terugkomst vond de wijnboer zijn druiven aan de wijnranken bevroren. Zaken gingen niet goed en deze wijnboer had toch brood op de planken nodig. Hij besloot daarop om desondanks de druiven te oosten en er wijn van te maken. Op deze wijze ontstond “winterwijn”, wat nu ijswijn of eiswein wordt genoemd.