HomeHomepagevrijdag 14 februari

vrijdag 14 februari

KOUDE- EN WARME VALENTIJNSDAGEN!
WINDMOLENPARK EN KOUDEPUNTEN!

BIJZONDERHEDEN 14 FEBRUARI

Voor weer-info klik op onderstaande links:

KNMI     WEERPLAZA     WEERONLINE    KMI-BELGIE     WEER.NL     WEERNIEUWS-VERWACHTING

Voor extremen etmaal KNMI-stations klik op één van onderstaande links:
temp/neerslag dag/nacht     temp/neerslag/wind     uren zon

Vrijdag 14 februari Valentijnsdag en met het weerbeeld best een opmerkelijk etmaal. De laagste temperaturen werden nu eens niet bereikt ver landinwaarts tot in de oostelijke delen van het land. In de regio Zuid-Holland/West-Brabant de laagste temperaturen met -6,6°C als landelijk de laagste temperatuur op het KNMI-station Woensdrecht en aan de grond met -10,1°C op het KNMI-station Hoek van Holland het enige KNMI-station met strenge vorst aan de grond. De -6,6°C op het KNMI-station Woensdrecht werd bereikt vrijdagochtend rond 7.30 uur. In de nachtelijke uren tot 7 uur vrijdagochtend was de laagste temperatuur -6,4°C op het KNMI-station Eindhoven. De meeste zon ook voor dezelfde regio tot 6,9 uur op het KNMI-station Gilze-Rijen. De hoogste temperatuur van 4,7°C op de KNMI-stations Arcen en Rotterdam.

In 2024 op 14 februari met Valentijnsdag wat het weer betreft een dag om snel te vergeten. In het hele land nagenoeg zonloos, alleen het KNMI-station Nieuw Beerta kwam nog tot 0,2 uur zon. Verder een regenachtige dag met in de ochtend meest lichte (mot)regen en in de middag/avond intensievere regen. Ondanks nagenoeg geen zon toch hoge temperaturen tot nagenoeg in het hele land maximum-temperaturen tot in de dubbele cijfers met als maximum 13,5°C op het KNMI-station Westdorpe. Alleen het KNMI-station Terschelling bleef onder de 10°C met 9,4°C als maximum. Landelijk de laagste minimum-temperatuur was nog 6,2°C op het KNMI-station Westdorpe. Neerslag viel er nog tot in de dubbele cijfers met 13,9- en 11,9 millimeter op respectievelijk de KNMI-stations Lauwersoog en Deelen.
In 2024 op 14 februari voor Borculo nog een datumrecord voor de minimum-temperatuur met 7,3°C. Het oude datumrecord stond op 6,1°C van 14 februari 2022. Overdag op 14 februari 2024 kwam Borculo tot 12,2°C als maximum-temperatuur, daarbij zonloos en er viel nog 6,4 millimeter aan neerslag.

In 2022 in het etmaal van 14 februari in Borculo de laagste temperatuur van 6,1°C en daarmee toen een nieuw datumrecord voor de minimum-temperatuur. Het oude datumrecord voor de minimum-temperatuur van 14 februari in Borculo stond op 5,5°C van 14 februari 1995. Dat datumrecord voor de minimum-temperatuur uit 2022 op 14 februari sneuvelde in 2024 op 14 februari met 7,3°C als het nieuwe datumrecord voor de minimum-temperatuur.
In 2019 op 14 februari een grote dagelijkse gang van de temperatuur, m.a.w. de amplitude. Zo ging het KNMI-station Woensdrecht van -4,0°C als minimum naar het maximum van 14,2°C en daarmee een temperatuursprong van 18,2°C. Het KNMI-station Maastricht ging van -1,8°C als minimum naar 15,4 als maximum, een temperatuursprong van 17,2°C.

In februari 2023 rond deze tijd een opmerkelijke barometerstand. Op 14 februari 2023 de elfde dag op rij met een gemiddelde barometerstand van ruim 1030 hectopascal. In 1959 stond de barometer eveneens elf dagen op rij van 9- t/m 19 februari op ruim boven de 1030 hectopascal en van 14 t/m 18 februari zelfs ruim boven 1040 hectopascal. Uiteindelijk werd het geen record voor het KNMI-station De Bilt in februari 2023, want op 15 februari 2023 was de gemiddelde barometerstand 1025 hectopascal. Daarmee een evenaring van het record uit 1959 van elf etmalen op rij ruim 1030 hectopascal en hoger.
De gemiddelde luchtdruk over de gehele sprokkelmaand van 1959 bedroeg op het KNMI-station De Bilt 1032,6 hctopascal en dat is nog steeds een record voor februari, Want februari 2023 bleef op een gemiddelde barometerstand van 1027 hectopascal steken.

De barometerstand stond in februari 1959 van 14 t/m 18 februari ruim boven 1040 hectopascal. Op 16 en 17 februari bedroeg de gemiddelde barometerstand op het KNMI-station De Bilt afgerond 1045 hectopascal. Het hogedrukweer van februari 1959 stond garant voor een zeer langdurige periode met dichte mist, ruige rijp en zonloze dagen. Op het KNMI-station De Bilt zonloze dagen van 6-19 februari. Overigens werd het daarna op 28 februari op het KNMI-station De Bilt 17,3ºC en er volgde een geweldige zomer en nazomer.

Onderstaande foto maakte Leen de Koning, de kat genoot vrijdag 14 februari nog met volle teugen van de zon met ruim zes uur zonneschijn in de regio Rotterdam.


– In 2023 in het etmaal van 14 februari de laagste temperatuur op het KNMI-station Heino met -3,0°C, aan de grond de laagste temperatuur van -5,7°C op het KNMI-station Twente. Overdag op 14 februari de hoogste maximum-temperatuur van 14,0°C op het KNMI-station Eindhoven. Neerslag viel er niet op de KNMI-stations in het etmaal van dinsdag 14 februari. De meeste zon was voor Brabant, Twente en de Noordoostpolder met 9 uur, daarentegen in het oosten van Groningen, zuidwesten van de provincie Utrecht en het midden van Limburg rond 4- tot rond 6 uur zon. De wind bereikte windkracht 3 in de kustprovincies en de hoogste windstoot was 29 kilometer per uur op het KNMI-station Vlieland.
De KNMI-stations Stavoren, Terschelling en Vlieland bleven als enige van de KNMI-stations onder de 10°C met de maximum-temperatuur.

– In 2022 op 14 februari veel wind en dat begon al in de nachtelijke uren met windkracht 7 tot 8 hard tot stormachtig in het noordwestelijk kustgebied. Landinwaarts meest windkracht 5 tot 6 vrij krachtig tot krachtig. De hoogste windstoten op de KNMI-stations Den Helder en Vlieland met respectievelijk 96- en 92-kilometer per uur. Het KNMI-station Arcen had met 62 kilometer per uur de hoogste windstoot meest ver landinwaarts.

– In 2021 op 14 februari op het KNMI-station Hupsel met -11,6°C de zevende nacht op rij met strenge vorst en daarvan spreken we als de temperatuur onder de -10°C uitkomt. Ook vanaf 10 februari datumrecords! Vanaf 10- t/m 14 februari 2021 datumrecords voor de minimum-temperatuur en voor de maximum-temperatuur ook voor 12- en 13-februari datumrecords en voor 10- en 11-februari de op één na laagste maximum-temperatuur.
Op het KNMI-station Maastricht een laagste luchtvochtigheid van 17% en dat is de op één na laagste waarde voor februari in Nederland. Alleen 23 februari 1983 lager met 16% op het KNMI-station Deelen.

Onderstaande foto maakte Frans Sijmons in Klausheide waar de maagdenpalm in bloei staat. De plant wordt ook wel gerekend tot de afweerkruiden en in vroegere tijden werd gedacht dat het afweer zou kunnen bieden tegen hekserij.

KOUDE- EN WARME VALENTIJNSDAGEN

Eén van de koudste Valentijnsdagen deed zich voor op 14 februari 1929. In De Bilt werd het -18,9°C, op het inmiddels opgeheven KNMI-station Winterswijk daalde de temperatuur zelfs tot -21,5ºC en werd het ’s middags niet warmer dan -14,8°C. Door de homogenisatie van data door het KNMI is de hierboven genoemde -18,9ºC sinds 2016 herleid tot -18,7ºC.
Maar 14 februari 1956 kon er ook wat van, dat was in die bijzondere winter met in december en januari totaal anti-winters weer en toen kwam februari. Het zou de koudste februari sinds 1901 worden en dat is het nog steeds. Op 14 februari 1956 kwam het zelfs tot een zeer koude Elfstedentocht waarbij diverse deelnemers bevroren ledematen opliepen. De tocht was moeilijk door het hobbelige ijs met talrijke scheuren en zware sneeuwbuien. Hierdoor was de baan heel erg smal. Het aantal deelnemers aan de wedstrijd was 259 en daarvan volbracht 109 deelnemers de tocht, slechts 42%. Deze moeten namelijk binnen twee uur na aankomst van de winnaar finishen. Het aantal toerrijders bedroeg 6070 en daarvan kwamen 4739 deelnemers over de finish.
Onderstaande twee foto’s zijn van 14 februari 1956.
 

In 1998 werd op 14 februari op het inmiddels opgeheven KNMI-station Oost-Maarland 17,5°C gemeten en dat was ook de hoogste temperatuur van februari 1998. Van 13 t/m 16 februari 1998 was het een echte Valentijnslente met extreem zacht weer. Het KNMI-station De Bilt noteerde vanaf 13- t/m 16 februari 1998 op alle dagen een datumrecord en wel respectievelijk 16,2ºC, 15,2ºC, 15,1ºC en 12,5ºC. Daarbij ook heel veel zon, zo scheen op Valentijnsdag 1998 de zon op het KNMI-station De Bilt ruim acht uren.
In 1961 op het KNMI-station Maastricht met 18,8°C de hoogste temperatuur ooit gemeten in Nederland voor de eerste helft van februari.

In 2010 op 14 februari ook een echte koude winterdag met sneeuw. Voor veel plaatsen in het oosten van het land was het toen al de 28e dag van 2010 dat er sneeuw lag. In Borculo de zesde ijsdag op rij, al zes etmalen waarbij de temperatuur niet boven het vriespunt kwam. Op 14 februari 2010 overdag een maximum-temperatuur van -1,5°C in Borculo. In de nacht die toen volgde van 15 februari 2010 werd de laagste temperatuur van de maand gemeten op het KNMI-station Twente met -11,4°C en in Borculo -10,2°C.
In 2021 op 14 februari Valentijnsdag voor Borculo weer een temperatuur boven het vriespunt overdag na zeven ijsdagen op rij met een temperatuur onder het vriespunt.

WINDMOLENPARK

Er zijn grote plannen om in de Noordzee een groot windmolenpark te bouwen. Maar of de bewoners als bruinvissen en dolfijnen daar zo blij mee zijn is nog maar de vraag. Dierenorganisaties vrezen dat deze dieren wel eens lichamelijk letsel op kunnen lopen als er duizenden palen in de zeebodem worden geplaatst. Dan nog maar te zwijgen over het geluid dat de windmolens maken als deze in vol bedrijf zijn. Er zijn bewijzen dat het intense geluid van de windmolens op zee tijdelijke doofheid, bloedingen in organen en stikstofbellen in de bloedbaan kunnen veroorzaken. Dit heeft mede te maken omdat bruinvissen en dolfijnen het geluid als navigatiemiddel gebruiken, hier kan het geluid van de windmolens de dieren parten spelen, dit verstoort hun richtingsgevoel. Maar zoals altijd zijn er voor- en tegenstanders, zo ook nu. Zo zijn er ook meningen dat de dieren geleidelijk wel zullen wennen aan het geluid van de windmolens.

Ook op land zijn er tegenstanders van windmolens, zo zijn er mensen die beweren dat het slecht is voor de gezondheid. Ook voor de vogels kan het soms hinderlijk zijn, op onderstaande foto windmolens die tot in de wolken reiken en daarmee wel een gevaar kunnen opleveren voor vogels.

Volgens een Amerikaans onderzoek zou het geluid en de trillingen die windmolens produceren ook garant staan voor migraine, oorsuizingen, duizeligheid, zenuwachtigheid, concentratieproblemen, paniekaanvallen, nachtmerries, slapeloosheid, hartziekten, etc. Er zijn medici die deze kwalen al bestempelen met het windturbinesyndroom. Problemen zouden zich met name voordoen bij personen die maximaal 1,5 kilometer van windmolens wonen. Inmiddels zijn er ook rapporten uitgebracht van onderzoekingen in West Europa en die gaan uit van minimaal 150 meter voor woonhuizen en 200 meter voor wat meer kwetsbare gebieden als ziekenhuizen en scholen.
In Nederland zijn ook onderzoekingen verricht m.b.t. windmolens. Hier kwamen niet echt hinderlijke gezondheidseffecten naar voren. Wel was het hierbij opvallend dat personen die de windmolens konden zien wel wat meer last hadden van het geluid t.o.v. personen die de windmolens niet konden zien. Dit zou een vorm van inbeelding kunnen zijn.
Windmolens die boven de 40 decibel aan ruis produceren leveren lichte hinder voor veel personen. Echte zwaardere lichamelijke klachten komen voor als het geluid/ruis boven de 65-70 decibel komt. Voor veel locaties zijn de nachtelijke uren een probleem, dit omdat het meeste geluid doorgaans wegvalt en daarmee de ruis van een windmolen beter hoorbaar wordt. Wel is onlangs ontdekt dat door het aanbrengen van speciale vinnen op de rotorbladen het ruis veel minder wordt.
Andere hinderlijke problemen die bij windmolens voorkomen zijn schaduwwerking of lichtschitteringen als de zon op de rotorbladen schijnt. Zo is bewezen dat 2,5 tot 14 lichtflikkeringen per seconde zeeziekte kan opwekken of epilepsie kan veroorzaken bij personen die daar gevoelig voor zijn. Maar bij de meeste windturbines wordt dit niet gehaald en lichtschitteringen probeert men zoveel mogelijk te voorkomen door een antireflectielaag.

Zoals U op onderstaande twee foto’s ziet moet U de omvang van windturbines niet onderschatten. Links op de foto slechts een deel van de mast en rechts op de foto één wiek.
 

Naast bovengenoemde problemen veroorzaakt door windturbines zijn natuurlijk ook technische problemen een gevaar, denk aan loskomende onderdelen en niet te vergeten ijsafzetting in de koudere periodes op de rotorbladen. Ook kunnen er krachtige luchtwervelingen achter de rotorbladen ontstaan, zie onderstaande foto.

KOUDEPUNTEN

De winter van 2021 had t/m 14 februari al heel wat kou opgeleverd, in 2022, 2020 en 2019 weinig kou. In de winterperioden van 2023 en 2024 liep dat wel wat beter met de kou-produktie, maar nog wel ruim beneden normaal voor Borculo. De kou-produktie kunnen we meten met het koudegetal. Het koudegetal wordt verkregen door de som van de etmaalgemiddelden beneden het vriespunt. Het KNMI-station De Bilt heeft inmiddels deze winter 4,4 koudepunten, in de winter van 2024 over dezelfde periode 16 koudepunten, in de winter van 2023 22 koudepunten, in de winter van 2022 6,6 koudepunten, in de winter van 2021 34 koudepunten, in de winter van 2020 0,1 koudepunt, in de winter van 2019 over dezelfde periode 12 koudepunten, in de winter van 2018 vijf koudepunten en in de winter van 2017 t/m 14 februari 32,5 koudepunten. In de winter van 2016 t/m half februari ook nog maar acht koudepunten en in de winter van 2015 7,8 koudepunten. Totaal kwam de winter op het KNMI-station De Bilt van 2015 ook niet verder dan 7,8 koudepunten en de winter van 2016 tot 9,6 koudepunten. De winter van 2017 kwam nog tot 48 koudepunten en de winter van 2018 tot 21 koudepunten, in de winter van 2017 het hoogste sinds de winter van 2013 die tot 69 koudepunten kwam. De winter van 2019 kwam op het KNMI-station De Bilt tot 12,1 koudepunten, in de winter van 2020 0,1 koudepuntje, in de winter van 2021 51 koudepunten, in de winter van 2022 bleef de teller staan op 6,6 koudepunten, in de winter van 2023 28 koudepunten en de winter van 2024 21 koudepunten.

In de winter van 2014 t/m half februari stond de teller op het KNMI-station De Bilt zelfs nog op nul koudepunten en daar kwam ook geen verandering in. Wat te denken van 13 februari 1929 in die strenge winter! Toen op 13 februari een etmaalgemiddelde op het KNMI-station De Bilt van -10,5ºC en daarmee in één etmaal meer koudepunten dan in de hele winterperiode van 2014, 2015, 2016 en 2020. Toen in februari 1929 van 11 t/m 16 februari totaal 72 koudepunten en over het hele winter-seizoen (1 november tot 1 april) zelfs 227,1 koudepunten. De winter van 1929 bezet daarmee een vijfde plaats op de ranglijst van koudepunten.
Door de homogenisatie van data door het KNMI is voor de winter van 1929 wel e.e.a. herleid sinds 2016! Namelijk, het etmaalgemiddelde is herleid tot -10,7ºC en over de periode 11- t/m 16 februari 73,3 koudepunten en over de hele winterperiode van 1 november tot 1 april 225,2 koudepunten.

Op onderstaande foto vrachtauto’s die in de winter van 1929 over de bevroren Merwede rijden van Zwijndrecht naar Dordrecht.

Kijken we naar de gemiddelde temperaturen van ieder etmaal zoals die worden gemeten op het KNMI-station De Bilt gedurende de periode 1981 t/m 2010, dan zien we dat de tweede decade van februari de koudste is van de hele winterperiode. De koudste winterdag en ook van het hele jaar, is 14 februari met een gemiddelde temperatuur in de periode 1981-2010 van 2,2°C. Over de 30 jarige periode 1971-2000 was dat nog 1,7°C. De 15e en de 17e februari komen met 2,0°C op een gedeelde tweede plaats, samen met 1 februari en 18 januari. Op de voet worden deze dagen gevolgd door 16 februari met 2,1°C, die deze positie deelt met Nieuwjaarsdag. Gemiddeld gesproken is de koudste dag uit december trouwens Oudejaarsdag, met een gemiddelde van 2,2°C.

De tweede decade is namelijk gemiddeld de koudste van de winter. Het langjarig gemiddelde voor het KNMI-station De Bilt bedraagt voor de eerste decade 3,6°C, voor de tweede decade 2,7°C en de derde decade 3,8ºC. De gemiddelde minimumtemperatuur voor het tijdvak 11-20 februari is -0,6ºC tegen 0,7ºC in de eerste en 0,4ºC in de derde decade.

Onderstaande foto maakte Peter de Vries op het terrein van het KNMI-station De Bilt.

EEN DUIK IN HET VERLEDEN

In 2019 in de nacht naar 14 februari de laagste temperatuur van -4,0°C op het KNMI-station Woensdrecht en aan de grond de laagste temperatuur op de KNMI-stations Eindhoven, Gilze-Rijen en Volkel met -5,7°C. De oostelijke KNMI-stations Hupsel en Twente hadden minima van respectievelijk -1,0°C en -1,7°C en aan de grond -2,9°C en -3,7°C. In Borculo daalde de temperatuur tot -0,2°C en aan de grond -1,8°C.

In 2018 in de nacht naar 14 februari de laagste temperatuur tot 7 uur van -3,7°C op het KNMI-station Hoogeveen en na 7 uur op het KNMI-station Hoogeveen -4,1°C. Aan de grond de laagste temperatuur op het KNMI-station Maastricht met -7,6°C en op het KNMI-station Hoogeveen -7,5°C. De oostelijke KNMI-stations Hupsel en Twente hadden op waarnemingshoogte een minimum-temperatuur van -3,1°C en aan de grond -4,9°C. In Borculo daalde de temperatuur tot -3,8°C op waarnemingshoogte en aan de grond tot -5,6°C.

In 2018 was het opmerkelijk met het aantal onweersdagen in Nederland, over de eerste 45 dagen van 2018 extreem veel onweersdagen. Vanaf 1 januari t/m 14 februari telde Nederland al 16 onweersdagen. Voor de Benelux was dat aantal nog veel hoger.

In 2017 in de nacht naar 14 februari wederom in het  grootste deel van het land lichte vorst, alleen in het zuidwesten positieve minimum-temperaturen. Aan de grond bleven alleen de KNMI-stations Hoek van Holland en Vlissingen boven het vriespunt. In de nacht naar 14 februari 2017 de laagste temperatuur van -4,3°C op het KNMI-station Nieuw Beerta, aan de grond de laagste temperatuur op het KNMI-station Nieuw Beerta met -5,3°C. In Borculo daalde de temperatuur tot -0,9°C in de weerhut en aan de grond tot -2,1°C. Onderstaande satellietfoto is van 14 februari 2017, het witte is sneeuw.

In Duitsland waar men met zonnepanelen veel verder voorloopt dan in Nederland, werd op 14 februari 2017 21 gigawatt stroom geleverd door de zonnepanelen. Daarmee kon 30% van de stroomproduktie in Duitsland geleverd worden door zonnestroom. In 2016 kon Duitsland rond 8% van de benodigde stroomproduktie voorzien door zonnestroom. In combinatie met windenergie kwam het uit op 25%.

Op onderstaande foto een sneeuwdek in de regio Zwolle op 14 februari 2016, toch nog een beetje winter in de tweede decade van februari. Foto is gemaakt door Stefan Verkerk.

In de tweede week van februari 2014 was het wel heel onstuimig vanaf de Atlantische Oceaan. Zo zijn ze in Ierland wel wat gewend met de wind, maar op 12 februari 2014 ging het daar behoorlijk tekeer. Ierland kreeg de zwaarste storm voor de kiezen sinds 1998 met windsnelheden tot 160 kilometer per uur. Ook Groot-Brittannië kreeg daar een beste veeg van mee en ook de nodige regen.

Op 14 februari 2010 moest de carnavalsoptocht in Maastricht worden afgeblazen voor de gemotoriseerde wagens i.v.m. de sneeuwval en gladheid. Alleen de kleine met de hand getrokken praalwagens mochten meedoen met de carnavalsoptocht en dat was voor de Maastrichtenaren wel even slikken.

In 1999 op 14 februari in Borculo mist tot in het begin van de middag rond 13 uur. Op het inmiddels opgeheven KNMI-station Soesterberg daalde de temperatuur toen tot -14,7°C. In Ankeveen lag een ijsvloer van 7 centimeter dik en daar kon volop worden geschaatst.

In 1991 op 14 februari op het KNMI-station Lelystad een minimum-temperatuur van -14,6°C.

In 1986 op 14 februari had de Elfstedenroute een ijsdikte van tien centimeter.

In 1985 in de nacht naar 14 februari zeer strenge vorst met op het KNMI-station Deelen -15,9°C. Ook in de nacht naar 14 februari 1956 was het koud met op het KNMI-station Lelystad -21°C.

Op 13-14 februari 1962 op diverse plaatsen hagel- en sneeuwbuien met onweer, op het KNMI-station De Bilt kwam het op 14-15 februari tot een sneeuwdek. De Bonifatiustoren in Leeuwarden werd getroffen door blikseminslag.

Op 14 februari 1940 in Wageningen een minimum-temperatuur van -17,7°C.

In 1855 op 14 februari op het toenmalige meetveld van het hoofd-KNMI-station dat toen nog was gevestigd in Utrecht lag een sneeuwdek van vijf centimeter.

SICILIË

Onderstaande satellietbeeld is van Sicilië. Het witte wat U ziet op de satellietfoto is sneeuw op de top van de bergen daar, de foto is van midden februari 2014. Het witte in de rechter bovenhoek is boven op de top van de vulkaan Etna. Als je goed kijkt is er ook nog vaag een bruinachtige veeg te zien, dat is de rookpluim die uit de krater komt. De Etna is de hoogste en meest actieve vulkaan van Europa. De vulkaan Etna is al meer dan 2000 jaar een actieve vulkaan en is nagenoeg constant actief met tussenpozen.

error: Content Protected